Kwartierstaat van Ytje Bienses Rienks (*1759)

Kwartierblad   KS VI.32   naar overzicht

Rienck Jacobs
* 1642/43
+ 1700-1708 Ferwerd
(Boer)

Ytje Bienses
* 1644
+ 1718-1728 Ferwerd

x ~1675

Symen Clases
* ~1660 Holwerd
+ 1704 Ternaard
(Boer)

Geertje Clases
* ~1660 Ternaard
+ 1688-93 Ternaard

x 13-01-1684 Oosternijkerk

Dirk
*
+ voor 1681

Tjamke Buwes
* van Hollum (Ameland)
+ 1730 Ameland

x

Hendrik
*
+

nn
*
+

x

Johannes Rienks
* 1679/80 Ferwerd (?)
+ 1751/52 Ferwerd
(Boer)

Sytske Symens
* 1689 Ternaard
+ 1758-68 Ferwerd

x ~1707

Sytse Dirks
* voor 1680
+ 05-09-1729 Blija

Neeltje Hendriks
*
+ na 1730

x 18.09.1711 Blija

Biense Johannes
* ~1715 Ferwerd
+ 16-04-1758 (22-05?)
(Boer)

Sytske Sytses Beintum
* 05-09-1715 Blija
+ 03-03-1800 Ferwerd
(Winkeliersche, Boerinne)

x 1757

Ytje Bienses
*d 14-10-1759 Ferwerd
+ 10-08-1829 Lieve Vrouwen Parochie

x Pieter Watzes Hoogland

Rienck en Ytje
Rienk was in 1667 boer op Cleffens onder Raard. In 1667 trouwde hij met Frouck Jacobs.
Frouck had al kinderen uit haar huwelijk met Tiepke Tiepkes:  Jancke,  Antie en  Tiepke; Rienck wordt curator over de kinderen. Rienk en Frouck krijgen samen geen kinderen.
Frouck overleed in 1673. Bij de boedelscheiding zet Rienck Jacobs zijn handtekening, zoals ook de Grietman en de secretaris (kopie deel van akte; uit [Rienks], p.139).

Rienck hertrouwt in 1674 met Ytje.
Ytje was eerder getrouwd met Pyter Sjoerds (kinderen ~1663 Tryntie, 1665 Pyter), daarna met Gerben Sippes (kinderen ~1667 Biense, ~1670 Reinsck).
Het echtpaar is doopsgezind, Ittie staat op de ledenlijst in Holwerd. Biense is dan boer op Medwert onder Holwerd.
Kinderen: Siouck, ~1679 Johannes.
Het gezin is dus samengesteld uit Rienck en Ytje en de kinderen uit de diverse huwelijken.
In 1698 is Rienck dan boer op Mockemastate onder De Ryp (SC33 Ferwerd) en gebruikt in 1700 aldaar ook enkele percelen land (FC 105, 133, 138). Ytje is nog geregistreerd gebruiker van SC33 (slechts 6 p.m. groot) onder Holwerd. In 1718 wordt zij als getuige in een zaak gehoord: "Ytje Bienses weduwe van wijlen Rienk Jacobs oud in het 75ste jaar".
[Voor meer gegevens, zie Rienks, p.138].

Symen en Geertje
Symen is doopsgezind. Bij hun huwelijk is hij van Oosternijkerk, zij van Ternaard. In 1698 gebruikt hij SC23 "Cunia". Kinderen: 1687 Jacob, 1691 Sytske, 1694 Geertje, 1696 Jetske, 1698 Eelkje.
Geertje hertrouwt 04-07-1706 met Minolt Sipkes.
In 1742 sterft zoon Jacob en hij laat zijn 1/35 deel in het bezit van "Groot Tania" onder Blija aan zijn zuster Sytske na. De vererving van het Tania bezit is ingewikkeld. Ene Claas Piers Tania is in ~1630 geboren en erft 1/35 deel van Groot Tania (zie erfenis Tania). Deze Claas Piers Tania is de zoon van Pier Foppes Tania en Geertje Klazes. Gezien de feiten en de namen is het heel waarschijnlijk, dat Geertje Clases een kleindochter is van genoemde Pier Foppes Tania en Geertje Klazes.

Dirk en Tjamke
Kind: voor 1680 Sytse. Dan sterft Dirk, want
Tjamke trouwt 17.02.1681 te Blija met Andries Tjepkes van Blija. Andries had al twee kinderen met Iebel Eemkes(+1680): 1673 Jeltie en 1678 Roelof. Kinderen van Andries en Tjamke: 1687 Bouwe en Aleid.
Tjamke wordt in 1702 op belijdenis hervormd gedoopt te Blija. Later vertrok ze naar Ameland, ze werd 1723 lidmaat te Ballum. Aldaar blijkt zij getrouwd te zijn met Tabe Jelles.
Als Tjamke sterft wordt er alleen geerfd door de 2 kinderen van haar eerste zoon Sytse Dirks.

Johannes en Sytske
Johannes en Sytske zijn doopsgezind, ze worden in 1711 in Holwerd als lidmaten vermeld. In 1718 gebruikt hij stemplaatsen 52 (It Heech) en 25 te Ferwerd.
Johannes trouwt, omstreeks 1707, met de weduwe Sytske Symens, die op Jansma State (SC53 Ferwerd) woont.

In 1724 legt Johannes Rienks voor het Hof van Friesland een verklaring af over dat hij in 1708 al op Het Hoog was en elk half jaar vrije doorgang over het land van de buurman had; die verklaring ondertekent hij (kopie deel van akte; uit [Rienks], p.143).
In 1728/38/48 is Biense boer op plaats 53 (Jansma State). Volkstelling 1744: 1 hoofd, 7 personen, 12-0-0. Johannes is boer die (Q1749) redelijk wel bestaat (71-12-0 verhoging 8).  Vanaf 1711 verkopen Biense en Sytske land; teren ze in? Op 29-08-1742 erft Johannes Rienks voor Sytske goederen van Sytskes broer Jacob Symens.  Op 20-10-1746 verkopen ze 5/8 deel van het 1/35 deel van "Groot Tania" onder Blija, een bezit dat Sytske van haar broer Jacob Symens had geerfd. [Rienks, p.141]
Na diens overlijden in 1751 voert Sytske het bedrijf verder. Na Sytskes overlijden (na 1758 en voor 1768) is zoon Jakle boer op Jansma State.
Kinderen: ~1708 Rienk, ~1715 Biense, ~1720 Jacob, ~1725 Klaas, ~1725 Sieuke/Sjoukje, ~1730 Jakle.

Sytse en Neeltje
Kinderen te Blija: 1712 Dirk, 1715 Sytske, 1719 Hendrik.
Sytse was eerder getrouwd met Jeycke Hayes (+1710); kind ~1705 Reinu (gedoopt te Blija in 1711).
Sytse was 28.01.1711 te Blija op belijdenis hervormd gedoopt.
Neeltje hertrouwde met Marten Jans uit Blija. Marten was eerder getrouwd geweest met Baukien Jans (kind 1722 Gelt), daarna getrouwd geweest met Itske Syberens (kinderen: 1723 Seeske(+), 1726 Seiske, 1728 Jan).

Biense en Sytske     Biense is doopsgezind.
Biense was omstreeks 1740 getrouwd met Antje Hendriks (+voor 1757 Ferwerd). Kinderen uit dat huwelijk: 1741 Pietje, 1746 Rinske. Hij wordt in 1749 genoemd als "gemene boer" te Ferwerd met in huis 4 volwassenen en 1 kind. Biense was boer op de "Oude Stins" te Ferwerd (SC35, 66 p.m.).
Systke was te Blija gedoopt op 15-09-1715. Ze was eerder getrouwd in Blija met Claas Jans. Kinderen 1735 Rinske(+), 1737 Jan(+), 1740 Jan, 1746 Rinske. Claas Jans was (Q1749) gemeen arbeider, 2 volw., 2 kinderen. Later is Claas Jans "hospes", houder van een winkel met schenkerij te Blija. Claas Jans overlijdt.
In 1757 trouwen Biense en Sytske, en Biense wordt op 08-07-1757 curator over Jan Clases (18) en Rinske Clases (11), de kinderen van Sytske. De inventaris van Sytske omvat zilveren lepels, een eiken kabinet, een porcelijnkast met drie dozijn blauw, bruin, en "geamaljeerd" porselein. Verder een winkel met zijn toebehoren zoals Toonbank, meelkist, theebussen, enz., jenever, stroop, olie, enz. In de tapperij zijn 10 tinnen biermingels en er is nog bier, brandewijn en mosterd. De waarde van de boedel en vorderingen is f 1967-18-1.
Nu is Biense boer op SC24+28+29 te Ferwerd. Hij maakt op 16-04-1758 zijn testament en overlijdt enkele weken daarna. De aangifte van het huisraad in de boedel wordt gedaan door Sytske, dat van het landbouwdeel door de "feint" Pieter Andries.
Kind Biense en Sytske: 1758 Ytie (na Bienses dood geboren, gedoopt 14-10-1759). Ytje zal na 1815 de naam Rienks als familienaam kiezen.
Na Bienses dood in 1758 drijft Systke de boerderij verder. Op 14-09-1759 wordt Pieter Andries tot voogd over Ytje benoemd, de dochter van Sytske "haar weder ten houwelijk staande te begeven". Ze hertrouwt 1759 met Pieter Andries, feint op de boerderij.
Sytske laat bij testament (01-06-1800) het vruchtgebruik van f 1846-6 aan haar man Andries na.  [Rienks, p.159] 

Eigen gegevens aangevuld met gevens uit de kwartierstaat van Wierstra. Aldaar nog meer uit gerechtelijke archieven.
Gecorrigeerd vanuit en aangevuld met gegevens uit de publikatie:
[Rienks] = "...Rienks, Sipma, Blijstra en Koopmans - fjouwer stagen út itselde laach". J.T.Anema, P.Nieuwland, S.Wierstra; Gen. Jierboek 2012, p.117-228.  Met dank aan deze auteurs voor de toestemming de plaatjes over te nemen.

(2018.08.22)