Kwartierstaat van Jan Gerbens Docter (*1671)

Kwartierblad   KS IX.337   naar overzicht

Feyke Feykesz ('d Olde)
*
+ voor 07-08-1639 Onze Lieve Vrouwenparochie
(Boer, Schoenmaker)

Auckie Cornelis Pyrsdr
* ~1580
+ na 21-11-1636

x 16-07-1599 Vrouwenparochie

nn
*
+

nn
*
+

x

Cornelis Cornelis Gelder
*
+

nn
*
+

x

nn
*
+

nn
*
+

x

Cornelis Feyckesz
* 1600-1605 Vrouwenparochie
+ voor 06-10-1667
(Boer, Schoenmaker)

Thoenke Wijgersdr
*d ~1605
+ 11-01-1654 Vrouwenparochie

x procl. 02-1623 Vrouwenparochie

Jan Cornelis (Gelder)
*
+

Lysbeth Romkes
* St Annaparochie
+

x 20-12-1627 Vrouwenparochie

Gerben Cornelis (Feykes)
*d 29-06-1636 Vrouwenparochie
+ na 1694 Vrouwenparochie
(Boer)

Antje Jans Gelder
* ~1629 of ~1639
+ 25-11-1697 Vrouwenparochie

x 05-03-1665 Vrouwenparochie

Jan Gerbens Docter
*d 26-03-1671 Vrouwenparochie
+ 1742 Vrouwenparochie

x Jannichje Heerts

Feycke Feykes en Auckie
Feycke was boer. Tevens was hij "executeur", de uitvoerder van vonnissen van het gerecht (de executeur had ook Assistenten). Hij werd in 1629 een van de twee bijzitters bij het gerecht van Het Bildt (dorpsrechten van/voor Vrouwenparochie) en bleef dat tot aan zijn dood in 1639 (GvhB I. p.260). Zijn direkte opvolger als dorpsrechter was zijn zoon Feycke (zoon Cornelis werd later bijzitter; zie onder). Feycke Feyckes komt ook voor als F.F. de Olde.
Uit "Genealogie Dokter" (Gen. Jierboekje 1975, p.20-72):
Het echtpaar kreeg de kinderen: ~1600 Feycke, ~1605 Cornelis, ~1610 Jan (later ook wel IJselstein of de Wit genoemd), ~1615 Pier (IJsselstein), ~1620 Hendrik (de Wit).
Volgens een landtransactie akte woonde Feycke "westelijk van een door Aerjaencke Jacobs, weduwe van Aert Jacobs, aan Jan Cornelis en Aeltje Hermans verkochte huizinge, met een vrije plaats naar de vaart te Vrouwenparochie".
Er is een "overdracht van bruyckwaer" op 06-12-1633 waarin het o.a. gaat om 6 morgen greid- en bouwland "Op 't Oost buyten Vrouwenburen" gelegen tegen 2824 Cgld, te voldoen in verschillende termijnen. Op 11-02-1635 wordt geregistreerd de overdracht van 4 morgen greidland aan de Heerenweg te Vrouwenparochie voor 1600 Cgld.
Feycke had waarschijnlijk een broer Gerben (schoenmaker en koopman te Franeker) en een zus Trijn (die met Jacob Claes op het Bildt getrouwd was; er was een erfeniskwestie).

Cornelis Gelder
Kinderen: Jan C G (1622 en 1627), Cornelis C G (1622 en 1640), Aerijen C G (1631), Jelle C G (1638).
Deze kinderen afgeleid uit latere huwelijken (met hun jaartal).

Cornelis Cornelis Gelder wordt 1624 tot Volmacht van Vrouwenparochie gekozen. Hij moet mede bewerken, dat de in november 1623 door de Staten van Friesland opgezegde huur van het land wordt ongedaan gemaakt. Er worden processen gevoerd. December 1624 worden er nieuwe volmachten gekozen. Nu is het Leendert Cornelis. In de strijd van de Staten met de meijers worden zelfs soldaten bij de diverse volmachten ingekwartierd om het verzet te breken. Dat lukt uiteindelijk en in 1628 komt er een accoord (GvhB I. Hst.VI).
Maar de problemen met de verhuur bleven, zie hieronder wat Cornelis Feyckes moest regelen....

Cornelis Feyckes en Thoenke Wygers
Cornelis trouwt 1. 1623 te Blija met Thoenke Wygers.
  Thoenke stierf in 1654 en haar grafsteen is er nog (zie steen van Arjen Leenderts).
  Cornelis hertrouwt daarna (in 1655) in OLV met Lysbeth Claasdr (+ na 1667).
Cornelis was boer en schoenmaker. In 1644 wordt hij als lidmaat genoemd.
Kinderen o.a.: 1633 Wyger (+1636, grafsteen), Lubrich (+3 jaar oud), en 1636 Gerben.
Cornelis (Feycke Feijckens) werd in 22 Sept. 1645 beedigd als bijzitter bij het gerecht (de andere en eerdere was Cornelis Daam Jans). Hij bleef in die functie tot zijn dood in 1667 (GvhB I. p259). Hij was ook "Collecteur van 't Bestiaal" (een belasting op vee). Hij tekende documenten ook vaak met C.F. Rodenhuijs (zie GvhB I. p.295).
 
Een voorbeeld van het belang van de volmacht wordt duidelijk uit de onderhandelingen over de nieuwe huurovereenkomst.

Onderhandelingen over een nieuwe huurovereenkomst voor de Bildtmeijers vanaf 1645 (GvhB I. p.267).  
De verhuur van de landen van Het Bildt was in 1636 voor 9 jaren vergeven. Voor Petri 1645 moesten er nieuwe contracten komen. De Commissie van de Staten van Friesland die dit regelde ontbood de volmachten van de Bildtmeijers op 16 mei naar het "Landschapshuis". Dat waren Pieter Sickes en Jan Daammes van St.Jacobiparochie,  Hendrik Sjoerds en Nanne Cornelis van St.Annaparochie,  en Cornelis Feyckes en Waling Hendriks van der Mey van Vrouwenparochie. Hen werd voorgelegd "ofte sij lywer solden willen accorderen op vermeerderinge van huyr ofte op een geschenck" (de propijn, een geschenk aan de Staten). De volmachten verklaarden te willen accorderen over geschenk en jaartallen en wel gaarne drie of tweemaal 9 jaren. Er werd gesproken en gediscussieerd en toen werd "de saecke uitgesteld na noen". De volmachten stelden toen 9 jaar huur en één jaar propijn te willen geven.


Het Landschapshuis in Leeuwarden, zoals het tot 1849 naast de "Kanselarij" bestond. Plaatje van lijst Volmachten.

Daarna stelde de Commissie voor tot twee keer 7 jaar huur met elk een propijn van 2 jaar. De debatten duurden voort en de volmachten moesten terug om te overleggen.
Na drie volgende bijeenkomsten, steeds in het Landschapshuis, waar van beide kanten variaties van de voorstellen naar voren werden gebracht, maar zonder resultaat, kwam men op 23 juni weer bijeen. Weer werd het "na noen". Uiteindelijk werd geaccordeerd op 2 maal twee jaar propijn op tweemaal 9 huurjaren, "sulx dat het eerste jaar sal ingaen Petri 1646 en versoeckende dat de betalinge van de eerste twee jaar propijn solde mogen geschieden op Petri 1647 en 1648" en zo ook in de tweede 9 jaars periode.
Dat voorlopige besluit ging naar de Staten van Friesland. Maar die brachten toen de tractementen van de predikanten (3 maal 450 Cgld) in de onderhandelingen. Die tractementen waren sinds 1591 door de Staten betaald maar nu zouden de boeren dat moeten doen. Men zou de meijers dan wel tegemoetkomen met de propijn. De zaak werd uitgesteld tot de landdag op 10 maart 1646. Daar hadden de vier kwartieren van Friesland (Oostergo, Westergo, Sevenwolden, de Steden) elk verschillende voorstellen voor de regeling. Dus delibereerden de Staten over de huurkwestie en op 13 maart kwam het definitieve voorstel.
De meijers zouden driemaal 5 jaren voor drie jaren huur ten propijn betalen en ook de predikantstractementen. Zo kregen de Bildtmeijers 15 huurjaren, ingaande 1 januari 1646 waarvoor ze drie maal een jaar huur tot propijn moesten betalen. Pas op 25 April 1646 verschenen de volmachten op 't Landschapshuis te Leeuwarden om de zaak definitief te accepteren. Alles met elkaar was dit een huurverhoging van 20%!
De zes Volmachten hebben het er druk mee gehad.... Vier keer met de Commissie, nog een keer naar Leeuwarden, en natuurlijk overleg met de boeren van het Bildt.

Jan Cornelis Gelder en Lijsbeth Romkes
Jan trouwt 1. 1622 te OLV met Foeck Jacobsdr.
Jan trouwt 2. 1627 (eerste proclamitie reeds op 14-07-1625) te OLV met Lijsbeth Romkesdr (van St Annaparochie).
Kinderen van Jan zijn waarschijnlijk: 1633 Cornelis(+), 1634 Lysbeth(+), 1643 Cornelis, 1646 Ints, 1649 Ariaantje en Lijsbeth. Maar er is geen Antje te vinden..... (zie verder bij Antie).
(In de boeken van Vrouwenparochie in die tijd wordt de naam van de moeder niet gegeven, en omstreeks 1640 van de vader vaak zelfs geen patronym; een nogal onvolledige administratie?)

Gerben en Antie
Kinderen o.a. 1666 Feike, 1669 Theuntje, 1671 Jan (kind van niet genoemde vader en Antje Gerbens), 1673 Lijsbeth, 1676 Neeltje.
Gerben is in 1698 gebruiker van stemplaats 9 onder Vrouwenparochie.
Ook Antie's graf(steen) is bewaard gebleven (zie steen van Arjen Leenderts). Daarop staat dat ze in 1697 in't ?9 jaar overleden is, het tiental is helaas niet leesbaar... Samen met het jaar van haar huwelijk en het huwelijk van haar ouders is dan af te leiden dat ze in november 1629 of november 1639 geboren moet zijn.

GvhB I = H. Sannes: "Geschiedenis van het Bildt" (Deel I), Weever, 1953, Franeker

(2019.02.02)   begonnen 2012.09.15