Sjoerd Ynzes de Boer (*1830, +1895) en Lieuwkje Heerkes Hibma (*1831, +1905)
Sjoerd is 1830 geboren in Midlum.
Door onbekende oorzaak is hij aan beide zijden een beetje mank geworden.
Met zijn ouders verhuisde hij in 1850 naar de boederij
aan de Âldyk in Pietersbierum.
In 1852 werd door een groep boeren het "Pietersbierumer Leesgezelschap" opgericht. Sjoerd was van 1853 tot 1862 de penningmeester. Na zijn verhuizing (Sjoerd trouwde en ging naar Midlum) werd hij opgevolgd door zijn broer Klaas Ynzes die vanaf 1860 die rol gedurende 31 jaren vervulde. *) Sjoerd huwde 23-05-1861 te Pietersbierum met Ybeltje Hiemstra. Ze gingen in Midlum wonen waar Sjoerd vlaskoopman en "koaltsjer/gardenier" was. In 1862 werd dochter Minke geboren.
Ybeltje stierf 05-01-1868, in huis Nr. 16 te Midlum.
De boedelbeschrijving
die bij Ybeltjes overlijden in 1868 gemaakt is geeft inzicht in de
beperkte hoeveelheid gereedschap die een "koaltsjer" nodig heeft.
Ynze heeft twee schapen en een paar kippen,
aan landbouwprodukten heeft hij aardappels en vlas,
en vooral ook aardappelbroeibakken en -korven.
Ook is er een gouden oorijzer, een gouden slot en horloge met ketting,
het goud met een waarde van bijna f 250 uit een totale
boedelwaarde van f 1186.
Lieuwkje was 1831 geboren op de plaats van haar ouders net buiten Pietersbierum aan de weg naar Wijnaldum (zie kaart: S). Haar moeder overleed in 1836. Zij en haar zusters moeten vroeg "zelfstandig" geworden zijn.
Lieuwkje trouwde 23-05-1852 met Pieter Cornelis Lourensz. Deze Pieter was de zoon van de schoolmeester Folkert Ulriks Lourensz. (De familienaam eindigt echt op sz.) Met het kinderen krijgen was het een droefenis: 1853 Folkert (stierf na 2 dagen), 1854 Folkert (stierf na een half jaar), 1856 Folkert (stierf na een half jaar), en dan tenslotte 20-04-1858 Folkert. In de loop van 1865 ziet Lieuwkje het niet meer zitten met haar man. Ze dient in september een verzoek tot scheiding van goederen in en regelt onmiddelijk een nieuw testament. De scheiding wordt in november door de rechtbank uitgesproken en dit wordt meerdere keren in de krant bekend gemaakt (zie krant en notariële aktes). Er komt een beschrijving van de inventaris. Lieuwkje trekt definitief naar Pietersbierum, waar ze "winkeliersche" is. In 1866 volgt de notariële boedelscheiding. Ze woont dan in het huis dat al lang Hibma bezit was. Zoon Folkert zal vaak bij oom Wynsen en tante Reintje in het huis ernaast geweest zijn.
Pieter Cornelis Lourensz (arbeider) overleed 21-03-1870;
oom Wynsen Faber en tante Reintje Lourensz worden voogden over Folkert.
Foto: Het huis waar Lieuwkje van 1865 tot 1871 woonde
staat aan de noordzijde van het "Breed Plak" in Pietersbierum.
Dat huis was in het bezit van de Hibmas (zie b.v. kadaster 1832; Hisgis).
De foto is uit ongeveer 1880, gemaakt door S.H. Sytstra,
een van de meesters van de lagere school.
Het huisje links was van de familie Lourensz (en Faber),
de schoolmeesterfamilie.
Sjoerd at regelmatig in de herberg in Pietersbierum,
waar Theunis van der Mei kastelein was.
Die herberg was, als je van Wijnaldum het dorp in kwam,
in het tweede huis rechts (zie foto).
Op het uithangboord stond "PAS VER EN RUST WAT".
Sjoerd en Lieuwkje trouwden in 1871
(Lieuwkjes eerdere man was net gestorven)
en ze gingen naar haar ouderlijke boerderij buiten Pietersbierum,
waar Sjoerd toen boer werd.
Sjoerd en Lieuwkje (beide ouder dan 40 jaar) kregen twee kinderen: Lieuwkjes vader, Heerke, overleed in 1872 (5 dagen na de geboorte van Lieuwkjes zoon Ynze). Niet lang daarna organiseerde Sjoerd een verkoping van roerend goed (zie notariële aktes). De drie dochters van Heerke: Klaaske, Lieuwkje en Grietje, waren de erfgenamen. Maar de verdeling van de erfenis werd pas enkele jaren later gedaan.
Ynze en Klaas gingen beide naar school in Pietersbierum. Voor een schets van Pietersbierum omstreeks 1880 zie Ynze en Klaas naar school.
Sjoerd was aktief in enkele besturen.
Uit de notities over Sjoerd Ynzes (gemaakt door SKdB):
Sjoerd liep aan beide kanten iets mank.
Hij rookte haast altijd een kort pijpje; hij had er twee,
als er een uitgerookt was kwam dat aan een koordje aan de jas te hangen.
Lieuwkje was later ziekelijk en had veel huishoudelijke hulp nodig.
Japke Braam-Norder was destijds de "faam"
en de steun en toeverlaat.
Zij heeft veel later Lieuwkjes kleinzoon,
Sjoerd de Boer (*1909), een en ander over de omstandigheden
verteld. SKdB:
In 1890 had Lieuwkjes zuster Klaaske geld nodig en er werd besloten tot een soort boedelscheiding. Zo konden ook de erfgenamen van zuster Grietje hun deel krijgen. Daartoe wilde men de boerderij (in delen) verkopen. Het huis tegenover de boerderij zou in eigen bezit blijven, daar konden Sjoerd en Lieuwkje eventueel heen verhuizen. De nieuwe eigenaar van grotere delen werd Haye Bruining uit Wynaldum (zie notariële aktes), een aangetrouwde oom van Sjoerd (gehuwd met Aafke Klazes Postma). Hij liet echter Sjoerd en Lieuwkje op de boerderij.
Sjoerd overleed in 1895 en werd in Midlum
(bij zijn eerste vrouw Ybeltje Hiemstra) begraven.
In 1898 wordt een huis in Pietersbierum, na voorafgaande verkoop van roerend goed, verkocht. Is dit het huis aan het Breed Plak? Brand In december 1904 brandde de plaats af. Lieuwkje (in bed) en de have (daaronder een piano) werden gered. Het gezin van zoon Klaas (hijzelf, zijn zoon Ynze en zijn hoog zwangere vrouw Nynke Hoogland) en Lieuwkje bleven eerst nog in het restant van het woonhuis maar vonden later onderdak in Sexbierum bij Nynke haar pleeg ouders, Aukom en Dim. Voor meer over de brand zie bij zoon Klaas. De plaats werd herbouwd door de Pietersbierumer architekt Auke Lettinga, pleegvader van Nynke Hoogland. De plaats (in stjelp vorm) kwam nu langs de weg te staan, met het woonhuis op 't zuidwesten. Lieuwkje overleed september 1905. Ze werd in Pietersbierum (bij haar eerste man Pieter Lourensz) begraven. Het graf is er niet meer.
SKdB = Uit de notities van Sjoerd de Boer, kleinkind van Sjoerd en Lieuwkje,
die hij (veel later) gemaakt heeft in een gesprekken met,
o.a., Japke Norder, faam op de boerderij van voor 1900 tot 1905.
|
(2019.02.22) begonnen 2012 ks31m.html