Gerben Hinnes (*1756) en Rinske Annes (Posthuma) (*1768)

Gerben woont als zelfstandig eigenaar van een huis in de Noorderdrachten. Uit de Speciekohieren 1780 en 1782: "Noorderdrachten nr 58 Gerben Posthumus, eigenaar en gebruiker van een huisinge en hovinge. De 5 1/2 penning de huir getauxeerd op f 40-12-. Te betalen 7-7-8".

Gerben trouwde op 05-12-1790 te Leeuwarden met Trijntje Johannes, dochter van Johannes Arends Crab. Er zijn geen kinderen bekend. Gerben is schipper:  Hypotheekboek Inv. nr.111 p. 432 akte 23 juli 1792, Gerben Hinnes Postumus, debiteur van Dragten voor een schip:  Gerben Hinnes Posthumus, schipper en Trijntje Johannes Crab, echtelieden wonende in Noorderdragten, bekennen deugd. schuldig te zijn aan Aeltje (..?) Arents, weduwe Hyltjen (?) Hendriks sal. 3750 car. guldens wegens coop van de gerechtelijke voerschip met zeil en ----il, met Doeke Bockes, schipper en koopman te Noorderdragten, op de Dragten naar Leeuwarden en Sneek.
In 1793 is Gerben (met Trijntje) inwonend in Noorderdrachten (speciekohieren) op volgnr. 8, bij Johannes Arends Crab, Trijntje's vader.
In 1794 bewoont Gerben, tesamen met ene Wytse Alles, het huis Zuiderdrachten 88. Is Trijntje gestorven?

Op 20-04-1794 trouwt Gerben met Rinske Annes.
Rinske/Renskjen is geboren in Gorredijk. Bij hun huwelijk is zij van Lippenhuizen.
Gerben wordt nu koopman, maar hij houdt het schip.

Oranje lint   In 1795 voltrok zich de "Franse Revolutie" in de Nederlanden en kwam de "Bataafsche Republiek" tot stand. Lang niet iedereen was het er mee eens en gevoelens van sympathie voor de prinsen van Oranje bleven bestaan en werden ook geuit, o.a. door het dragen van oranjelinten.
Aan de hand van de archieven bericht Vleer (1950, p.65) het volgende (zie ook bij Eise Jans Pool).
Eene Sipke Edzes uit Noorder Drachten kocht op 3 maart 1795 twee stukjes oranjelint voor zeven stuivers bij Johannes Rienks (Kuipers) in Zuider Drachten. Johannes vroeg Sipke of het hem wel bekend was dat oranje dragen gestraft werd. Sipke "lachte er wat om" en bond het lintje om zijn hoed. Hij wandelde naar buiten en bij de korfmaker zwaaide hij met zijn hoed en riep "Orange boven!" Hij werd aangeklaagd en veroordeeld tot gevangenis op water en brood, van 15-22 april en 29 april - 13 mei 1795 in Leeuwarden. De week verlof was wellicht om op verhaal te komen....  Maar Sipke bleef oranje gezind. Op 30 januari 1797 voer hij op het schip van Gerben Hinnes en Doeke Bokkes van Drachten naar Sneek. Bij het uitvaren riep hij "Oranje boven!" Op 10 februari 1797 werd hij voor dit feit gestraft met een strenge geseling en 4 jaar verbanning uit Friesland.

In 1796 woont Gerben (speciekohieren) op Zuiderdrachten volgnr. 104 en erbij inwonend is Sjoukien Gerbens van Warga (Idaarderadeel), Gerbens moeder. De volkstelling van 1796 meldt op nr. 104 Gerben Hinnes Posthumus, veerschipper, 4 personen, 4x gereformeerd.

In 1798 werd Gerben Hinnes Posthuma in de nieuwe gemeenteraad van Drachten gekozen, tesamen met o.a. Hendrik Gjalts Landmeter, zwager van de in het kader hierboven genomede Johannes Kuipers.

Op 25 februari 1800 wordt gedocumenteerd (Hypotheekboek Smallingerland, Inv 112, Scan 151, Fol 304, 305) dat Gerben na 10 jaar zijn aandeel in de schuit van de hand doet voor vierduisend Caroli Guldens ter zake coop en leverantie van een half veerschip met zeil en treil cum omnibus annexis (waarvan Doeke Bocces de wederhelfte competeert) bevoorregt met een seste part van 't octrooij van drie veerschepen varende van Dragten op Leeuwarden et vice versa en op Sneek. Een maand later verkoopt ook Doeke Bocces zijn helft.
In 1801 woont G.H.Posthumus op Zuiderdrachten 166, en moeder Sjoukien is vertrokken naar onleesbaar. In 1805 is hij overleden en woont de weduwe Rinske er.

Kinderen in Zuider Drachten: 1795 Hinne, 1798 Antje, 1800 Sjoukjen.

Gerben sterft in 1805 en Rinske zet de zaken voort.
1808, Hypotheekboek Smallingerland Inv. nr. 113, Fol. 434: Renske Annes, wed. wijlen Gerben Hinnes Postumus, koopvrouw wonende Zuiderdragte, verklaart schuldig te zijn aan Hendrik Galts Landmeter, koopman wonende Noord.dragten 100 car.g., get. 29 febr. 1808.  En Fol. 449: Rinske Annes, wed. Gerben H. Posthumus, deugdelijk en schuldig te zijn aan de koopman A. Westerkamp 99 gulden i.v.m. geleverde winkelwaren, get. 20 februari 1808.  [ Later zal Gerbens zoon Hinne trouwen met Eva, dochter van Bernardina Gjalts en nicht van Hendrik Gjalts Landmeter die 1796 op Zuiderdrachten nr.140 woont. ]
Archief Smallingerland, kerkegoederen (1796-1824), Inv. Nr.429:   Ontvangsten, Gerben Hinnes Posthuma weduwe voor drie legersteden op de noordkant van het middenpat de 9, 10 en 11de graven, 15-15-00.

Renske hertrouwt, op 27-03-1808 in Drachten, een maand na ondertekening van de eerste lening, met de timmerman Johannes Jurjen, die naast haar woont (zo blijkt uit de boedelscheiding t.b.v. de kinderen; zie hieronder). Nu zijn er voogden nodig.
Authorisatie Smallingerland nr 354, 1809: Op den eerste van wintermaand 1809 compareerden voor E.M. Radenga, als commissaris uit Baljuw benevens het Geregt van het 6de district in Vriesland geassisteerd met de Secretaris J.F. Reiding op de raetkamer in de Zuiderdragten, Erryt Pieters de Jong, huisman in de Noorderdragten en Peter Meins, koopman in de Zuiderdragten woonachtig, te kennen gevende dat zijlieden door Renske Annes, weduwe van wijlen Gerben Hinnes Posthumus, in tijden koopman, doch nu hertrouwd aan Johannes Jurjens, meester timmerman in de Zuiderdragten, waren benoemd, de eerstgemelde E.P. de Jong tot curator en voogd en de laatstgemelde tot toeziend voogd over de goederen en de personen der minderjarige kinderen, door gedachte Renske Annes bij haar wijlen eerste man in echte getogen met namen Hinne oud 14 jaren, Antje oud 11 jaren en Sjoukjen Gerbens Posthumus 9 jaren oud, en dat zijlieden zich deze benoeming hadden laten welgevallen, met verzoek om in gemelde qualiteiten te mogen worden bevestigd. En vermits de Baljuw benevens het Geregte in deze benoeming mede genoegen namens zoo is, nadat ieder der comparanten onder notatie van solemneelen ede hadden beloofd, de aan hen opgedragen post wel en naar behooren waar te zullen nemen, aan hun voogdij over de minderjarige kinderen van wijlen Gerben Hinnes Posthumus voornoemd, in voege voorgemeld gedecerneerd.

Pas in 1810 wordt de boedelscheiding geregeld (Weesrek. Small. Nederger. Inv.49 RA 4398/9).   Bij het huwelijk van Hinne en Renske had Hinne een perceel land, enkele obligaties, en een aandeel in het veerschip ingebracht, Renske een obligatie, wat rechten op opbrengsten en enig geld. De tijden zijn hard geweest (revolutie, belastingen) en nu is er in totaal minder dan aan het begin. Maar alles wordt in der minne geregeld: het land en de lands-obligaties komen op naam van de kinderen, het eigen huis (nr.182) met inboedel (ze bezitten een klok!) gaat naar Renske en wat de kinderen zo uit de erfenis tekort komen blijft bij Renske omdat ze de kinderen nog groot moet brengen. Johannes Jurgens belooft er voor te zorgen dat de schulden die er zijn afgelost worden.

Rinske Annes was nu dus met de timmerman Johannes Jurjens (later "van der Schaaf") getrouwd. Ze woonden aan het oosteinde van de Zuiderdragten (7de huis van het eind; zie kaartje uit Hisgis 1832).
Ze kregen 1809 nog een zoon Jurjen, die echter in 1814 stierf.

Bij de naamsaanneming Februari 1812 verklaart de voogd, Errit Pieters de Jong, dat de kinderen van Gerben en Renske de achternaam Posthuma willen behouden. Ook Rinskje wordt geregistreerd als Posthuma.
De kinderen noemen zich later echter Posthumus(z): Hinne Posthumus (1818 x Eva Westerhuis), Antje Posthumusz (1825 x Rieuwert Veenstra), Sjoukje Posthumus (1837 x Zietze Lolkes van der Zaag).
Johannes Jurjens (met zoon Jurjen) neemt in 1812 de naam "van der Schaaf" aan; hij woont in huis nr.185.

In 1825 trouwt dochter Antje. Uit de akte 39 Opsterland: Renske Annes zonder beroep, 56 jaar, te Dragten, en Gerben Hinnes Posthumus in leven woonagtig in Dragten en aldaar overleden den derden mei 1805.  In 1837 trouwt dochter Sjoukjen; de bijlage bij de akte meldt: Gerben Hinnes Posthumus, in leven schipper te Drachten. Het beroep als schipper was dus Gerbens hoofdberoep en Rinske zal de winkel gedaan hebben.

Johannes van der Schaaf overleed 11-10-1830, 63 jaar oud, in huis nr.185 in wijk C van Drachten.

Op 28-08-1839 was er een boelgoed ten huize van Rinske Annes. En op 03-03-1840 werd het huis van Rinske Annes voor fl 400 verkocht.
Rinske overleed 2 september 1842, oud 74 jaar, in huis nr.385 van wijk M te Drachten.

Vleer, W. Tsj., ~1950, "Rare kostgangers in Opsterland en Smallingerland door de eeuwen heen". Tresoar Archief nr: Frys 15.70.24.Vlee

Terug naar de kwartierstaat van GH en RA.

(2021.04.11)   begonnen 2017.09.28   rh551m.html